Een ander verhaal over de Grieken[1]
Inleiding
Zondag 5 juli sprak het Griekse volk zich uit over de eisen die de Trojka stelt aan de Griekse economie, om voor verdere financiering in aanmerking te komen. Het volk zei nee, en dat bleek een schok voor de Trojka. Ook het Europese Parlement liet zich niet onbetuigd. Naast enig applaus, was er veel woede onder haar leden: ‘Nu zijn we zo lankmoedig geweest, en nu krijgen we stank voor dank’. De Grieken hebben formeel weer noodsteun aangevraagd. In ruil daarvoor zijn ze in belangrijke mate tegemoet gekomen aan de eisen, die de Trojka stelt. Griekenland staat met de rug tegen de muur, en stemt nu in met voorstellen, die geen oplossing bieden voor haar problemen. Dit maakt de crisis in de eurozone zo ernstig: na jarenlang forse fouten te hebben gemaakt, tonen de Trojka en een groot aantal individuele leden-landen geen enkel teken van groeiend zelfinzicht. Met Duitsland en Nederland voorop, worden de Grieken uiterst onbehoorlijk tegemoet getreden. Ze worden voortdurend gewezen op de splinters in hun ogen, maar de balk in eigen ogen wordt niet gezien, dan wel eerlijk toegegeven.
De Trojka zal aan zelfreflectie moeten doen, om te zien of zij ook grote fouten heeft gemaakt. Dit kan het beste gebeuren aan de hand van een heel ander verhaal over de crisis, dan het verhaal dat ze zichzelf en elkaar steeds weer vertellen,en welke dag in dag uit in de Noord-West Europese media verteld wordt. Hieronder wordt een poging gedaan tot een begin van een ander verhaal.
De oorsprong van de crisis
In 2006 begon het daadwerkelijk te rommelen in de Westerse financiële wereld. De eerste scheuren werden zichtbaar, maar niet voor de leidende personen en organisaties. Zij bleven praten in termen van ‘a new era’ en de zegeningen van de vrije markt. Dat het financiële systeem erg fragiel was geworden, werd niet waargenomen. De eurozone leek goed te functioneren, de euro was een sterke munt, en er leek niet veel aan de hand.
In 2008 echter, ging het radicaal fout. Het begon bij Amerikaanse banken en andere financiële instellingen. Zij hadden een liquiditeitsreserve percentage, die rond de 2-3% was komen te liggen. Dan kan niemand meer tegen een stootje, en vallen ze als een reeks dominostenen om, indien er een grote instelling in problemen komt. Daar ook vele grote West-Europese instellingen fragiel waren geworden, ging het ook daar mis. In 2009 raakte de wereldeconomie hierdoor in een forse depressie. Daar de Verenigde Staten en de BRIC-landen hierop adequaat reageerden door de effectieve vraag te verhogen, en hun bankwezen te bevrijden van een niet te dragen last, duurde deze inzinking niet lang. De eurozone, echter, weigerde de vraag te stimuleren, en deed precies het omgekeerde: alle overheden van de ledenlanden startten een proces van voortdurende bezuinigingen op de overheidsuitgaven. Bovendien riepen ze elkaar op om de economische structuur te liberaliseren. Beide beleidskeuzen werden beargumenteerd door een economische analyse, die uitgaat van een economie in evenwicht. In een depressie bleken ze elkaar te versterken in hun negatieve effecten. Hierdoor is de eurozone in de depressie blijven hangen.
Analytisch intermezzo: Depressie, niet recessie
In het economisch-politieke discours hebben leidende economen en politici het begrip depressie afgeschaft. Bovendien is het begrip recessie ontdaan van zijn theoretische betekenis. Hierdoor is een betekenisloos begrip ontstaan, gedefinieerd als een aantal maanden volgehouden negatieve groei van de produktie. Dit betekent bijvoorbeeld dat er voor een daling in de Chinese produktiestijging van 14 naar 6%, letterlijk en figuurlijk geen enkel begrip bestaat, en de dramatische gevolgen niet kunnen worden begrepen. Indien een land zou besluiten tot een streefcijfer van -3%, dan zouden leidende personen en organisaties een flinke recessie nastreven; dat begrijpt niemand meer.
De reden voor deze begripsverandering is evenwel duidelijk. De macht in de economische wetenschap is gelegen bij de neoklassieke economen, die veronderstellen dat een markteconomie altijd in de buurt van evenwicht is. Westerse economieën groeien al jaren zo’n 2%. Indien er een kleine negatieve afwijking wordt waargenomen, dan wordt dat een recessie genoemd. De centrale bank dient dan door middel van een lagere rente er voor te zorgen dat de investeringen weer aantrekken, en dan zal het evenwicht ‘automatisch’ herstellen.
Daar in deze beschouwing het niet mogelijk is dat er onevenwichtigheden ontstaan, die niet automatisch herstellen, is het begrip depressie overbodig geworden. Consumenten en investeerders zijn nooit depressief in hun middellange termijn verwachtingen, waardoor de gedragsrelaties in onevenwichtige tijden blijvn gelden.
Helaas voor de neoklassieke economen is de eurozone wel in een depressie beland. Daar dit analytisch niet wordt waargenomen, worden beleidskeuzen gemaakt, die averechts uitwerken. Griekenland is hiervan in hoge mate de dupe. Om Noord-Europese banken te redden, krijgt ze noodhulp, zodat ze hun schulden kunnen aflossen. Dat de Trojka-voorwaarden de Griekse economie kapot hebben gemaakt, in plaats van op weg geholpen, wordt niet waargenomen.
Het verdere verloop van de crisis
Doordat de leiding van de eurozone de contrôle over de economie was kwijtgeraakt, raakten de financiële markten in paniek. Het kapitaal verhuisde massaal van Zuid- naar Noord-Europa en andere veiliger oorden. Hierdoor liep de rente voor het Zuiden enorm op, ten voordele van het Noorden. Landen als Duitsland en Nederland konden lenen tegen 1-2%, terwijl de Meditterrane landen met percentages werden geconfronteerd, die ver boven de 10% uitstaken[2]. Deze economieën kwamen hierdoor in ernstige problemen, in het bijzonder de Griekse economie, omdat deze aan het begin van de crisis er het slechtste voorstond. Een feitelijk bankroet van een of meerdere Zuidelijke landen vormt een enorme bedreiging voor de Westerse banken – door eigen toedoen waren ze erg fragiel geworden. Toen greep de leiding van de eurozone wel in: Zuidelijke landen moesen geholpen worden, ter voorkoming van een ineenstorting van het financiële stelsel. De Europeanen vroegen het IMF om mee te doen. Zo vormde zich een Trojka (IMF, ECB, EC-eurogroep). De hulpvragers konden alleen geholpen worden, indien ze zich bereid verklaarden het gebruikelijke medicijn te slikken. Ongeacht de aard van de problematiek: bezuinigen op de overheidsuitgaven en de economische structuur liberaliseren.
Als een land dit medicijn slikt, terwijl alle andere landen, waarmee veel gehandeld wordt, gezond zijn, kan het goed uitpakken. In dit geval werden alle landen van de eurozone gevraagd om dit medicijn te slikken. Daar de eurozone in hoge mate een gesloten economie is, bleek dit beleid dramatisch uit te pakken.
Op dit moment gaat het met de Noordelijke landen iets beter. Daar zijn drie redenen voor aan te voeren: de VS en een aantal grote arme landen hebben een stimuleringsbeleid gevoerd, waar Duitsland en Nederland van profiteren (1). De prijs van de euro is de laatste tijd gedaald ten opzichte van een aantal andere belangrijke munteenheden (2). De olieprijs is fors gedaald, waardoor de eurozone concurrerender is geworden op de wereldmarkt (3). Helaas zijn de negatieve effecten van het eigen beleid nog te sterk om weer volledig op te krabbelen. Bovendien zijn negatieve schokken in de nabije toekomst zeker niet uit te sluiten. De onrust in de moslimwereld, de migratie- en vluchtelingenstromen naar Europa, de onvoorspelbaarheid van het gedrag van Rusland, en de enorme zeepbellen in de Chinese economie zijn mogelijke verstoorders van het prille herstel in Nederland. Maar het zuidelijke gedeelte van de eurozone ziet vooralsnog geen licht aan het einde van de tunnel.
En dan is daar Syriza
De vernederingen beu geworden, heeft het Griekse volk op een linkse partij gestemd, die de analyse biedt waarom de Trojka-eisen dramatisch uitgepakt hebben, en welke stappen genomen moeten worden om uit het dal te komen. Dat zijn: investeren, groeien, effectievere belastinginning, en daarna het ambtenarenapparaat verkleinen door het clientelisme te verminderen. Syriza heeft weinig banden met de traditionele corrupte groepen en dynastieen. Ze vormt daardoor een goede regeringspartij, die aan dit fromt iets kan bewerkstelligen.
De voorstellen gaan in ieder geval in de goede richting. Het is ook een richting, waarin de eurozone haar hulp zou kunen aanbieden. Het gaat heirbij om een betere en transparante overheidsadministratie, een heldere regelgeving, en een strakke controle op de handhaving ervan. Aparte opleidingen zouden moeten worden gestart, waar jonge Griekse academici worden opgeleid om Griekenland een goed functionerende overheid te geven. Het kan 20 jaar duren voordat een dergelijke transitie heeft plaats gevonden. Echter, zodra financiele markten waarnemen dat het proces serieus is gestart, zullen ze ten niet al te lage rentevoeten weer bereid zijn geld te lenen. Dan komt er ook voor Griekenland weer licht aan het einde van de tunnel.
Griekenland blijkt in hoge mate de rol van zondebok te moeten spelen. Zo kunnen de overige eurozone landen de onderlinge eenheid bewaren. Het optreden van Syriza is pijnlijk. Het wordt gezien als een zootje extreem-links tuig, die vele geweldadige demonstraties op haar naam heeft staan. Juist die groep wijst de eurozone op haar grootscheepse falen?
Het grote falen van de eurozone
De eurozone is in problemen geraakt door een te grote fragiliteit van het Westerse financiële systeem. De daarop volgende depressie had moeten worden bestreden met behulp van twee maatregelen: (1) de overheden hadden in onderling overleg moeten besluiten welk land hoe sterk zijn overheidsinvesteringen had laten stijgen. Gezien de begroting en de betalingsbalans hadden de Duitsers en de Nederlanders het voortouw moeten nemen. (2) De overheden hadden de functie van geldschepping (tijdelijk) moeten overnemen van het stelsel van particuliere banken. Dan hadden de banken zich kunnen beperken tot de rol van bemiddelaar op de kapitaalmarkten, en zodoende de tijd krijgen zich financieel te herstellen. Het tegenovergestelde hebben ze gedaan: bezuinigen op de overheidsuitgaven en de kreupele banken onder strenger wordende eisen de geldscheppingsfunctie te blijven uitoefenen. Vervolgens worden er ook liberaliseringen doorgevoerd – in crisistijd werken die averechts uit, daar de vrije markteconomie juist dan faalt. De lessen van de dertiger jaren van de vorige eeuw zijn aan de kant geschoven, en er zijn fouten aan toegevoegd.
De Grieken zijn niet de perfecte zondebokken – de perfecte zondebok is onschuldig. De Grieken hebben hun maatschappelijke organisatie niet op orde. Ze beschouwen zich als de uitvinders van de democratie. Maar er is veel werk aan de winkel, voordat ze hun maatschappij democratisch mogen noemen. Syriza snapt dat, en wil er iets aan doen.
De irrationaliteit van de leiding van de eurozone – het onvermogen om de eigen grote fouten onder ogen te zien – is de grootste hinderpaal voor een goed functionerend Europa. Grote economen buiten Europa, zoals Stiglitz en Krugman, roepen dit al jaren – zonder enige reactie. Het Nederlandse parlement is in grote meerderheid blind en prijst Dijsselbloem voor zijn standvastigheid. De grote vraag is: hoe leren mensen hun eigen fouten te ontdekken en hoe leren we van onze geschiedenis van fouten? Daar gaat het laatste deel van dit essay over.
Hoe worden we redelijker?
Redelijke mensen zijn rationeel en moreel. Rationele mensen hebben zichzelf onder controle, en onderwerpen belangrijke beslissingen aan een uitgebreid onderzoek. Daarbij worden verschillende benaderingen en intepretaties van de situatie tegen elkaar afgewogen, en diverse opties overwogen. Pas dan wordt er een besluit genomen. Indien bepaalde problemen regelmatig voorkomen, kunnen beslissingsprocessen, die goed blijken uit te pakken, worden geautomatiseerd, en in compacte vorm in de intuitie worden opgeslagen. Morele mensen zijn personen die de effecten van hun gedrag op de situatie van andere mensen in de beschouwing betrekken. Mensen met een open houding naar andere mensen toe zullen positieve effecten positief waarderen. Met een gesloten houding zullen negatieve effecten positief waarderen. Amorele mensen houden geen reening met de gevolgen van hun gedrag voor andere mensen. Ze zijn indifferent. Redelijkheid impliceert rationaliteit en moreel gedrag van een mens met een open houding.
Toegepast op de problematiek van de eurozone, moet van de leiding worden verwacht dat hun beslissingen worden onderbouwd door een gedegen analyse. Hierbij is het essentieel om een opleiding te hebben gevolgd, waarin de studenten hebben geleerd om elk probleem vanuit meerdere perspectieven te benaderen. Zo worden mensen opgeleid, met een open geest, en ontvankelijk zijn voor de inbreng van kritische personen, en mensen met een heel ander persoonlijkheid en cultuur. Daar de houding van Brussel, Frankfurt en Washington dermate monomaan was en is, eindigt dit essay met een aantal opmerkingen over de Economie-opleidingen aan Westerse universiteiten, waaronder ook zeker Nederland.
Functie van een universiteit
We spitsen ons toe op de menswetenschappen, en stellen vast dat de universiteit de enige plaats in de maatschappij is waar mensen geacht worden onafhankelijk te denken. Uiteraard spelen persoonlijkheid, culturele achtergrond en ervaring altijd een rol. Maar is het uitermate belangrijk dat wetenschappers geen officiële bindingen hebben met andere delen van de maatschappij. Dit moet het mogelijk maken om ongehinderd allerlei benaderingen grondig te onderzoeken. Het gaat er om dat studenten leren na te denken en zelfstandig problemen te analyseren, zonder zich te bekommeren om specifieke belangen van bepaalde maatschappelijke groepen. Als een student later accountant wordt, moet het niet reeds geprogrammeerd zijn door een aantal multinationale accountantsbedrijven. Als een student later bij het Centraal Planbureau solliciteert, is het geen goede zaak om reeds onderwijs te hebben gehad van een personeelslid van genoemde organisatie.
In Nederland is het aantal hoogleraren, die primair aan een of andere maatschappelijke groepering is gebonden, erg groot. Daar komt nog bij dat het derde geldstroom onderzoek een grote rol is gaan spelen bij de financiering van academisch onderzoek. In dat geval is wetenschappelijk onderzoek al helemaal problematisch.
Rethinking economics
Het gedrag van de Grieken kan alleen geanalyseerd worden door mensen met een uitgebalanceerde opleiding en een brede ervaring. Veel economen voldien niet aan minimum-eisen. Ze zijn opgeleid als gesmeerde schakeltjes te functioneren in Het Systeem, welke zelf nooit ter discussie staat. Een goed voorbeeld hiervan is het feit dat micro-economen leren markten alleen te analyseren onder de veronderstelling dat de markteconomie als geheel in evenwicht is. Hierbij wordt deze veronderstelling nooit expliciet vermekd, zodat er geen discussie over ontstaat.
Daarom is een forse hervorming nodig van economie-programma’s. Deze moeten worden verlost van het monopolie van het neoklassieke denken. Economie moet weer een academische opleiding worden, waar studenten leren kritisch te denken.
Referentie
Piet Keizer (2015), Multidisciplinary Economics, A Methodological Account, Oxford: Oxford University Press.
Piet Keizer, Associate Professor of Economic Methodology, Utrecht University School of Economics; 13-07-2015
[1] Voor een uitgebreide wetenschappelijke verantwoording van dit essay, zie Keizer (2015)
[2] Het is opvallend dat er nooit berekeningen in de Noord-West europese media verschijnen hoezeer het Noorden lans deze weg heeft geprofiteerd van het Zuiden. De slogan van het Noorden, “we want our money back”, keert als een boemerang terug op het Noorden.