Het Financieele Dagblad over het academische onderwijs in de economie
Afgelopen vrijdag heeft een journalist van het FD een artikel geplaatst over het academisch onderwijs in de economie. Een onderdeel van zijn voorbereiding was een gesprek met mij over mijn boek dat vorig jaar door Amsterdam University Press gepubliceerd (zie de titel aan het einde van deze tekst). Toen het artikel geplaatst werd, bleek dat het FD een collega had gevraagd om kritisch te reageren; hij kreeg echter het boek, op basis waarvan het interview had plaatsgevonden, niet toegestuurd. Dit bleek een bron van misverstanden. Vandaar een korte reactie op de kritiek. de meeste voorbeelden zijn leuk om te lezen, maar ze raken mijn essentiele kritiek niet. Waar het echt mis gaat, zijn de volgende punten:
- Het boek van Acemoglu en anderen gebruikt de term ‘neoklassieke theorie’ niet eens. Reactie: precies, zo erg is het al geworden. Ik ken het werk van Acemoglu goed, en de man is wars van theorie: hij ontwikkelt een institutionele boodschap, zonder ook maar 1 keer duidelijk te maken, welke gebeurtenissen als een prikkel werken, en welke niet. Hij gebruikt nooit enige referentie naar sociologie en psychologie. Het is ongelooflijk hoe chaotisch deze man omgaat met begrippen. Door niets te zeggen over zijn theoretische kader probeert hij ermee weg te komen.
- Het voorbeeld van de werking van de meloenenmarkt: als de prijs ervan daalt, gaan de mensen er meer van kopen. Reactie: een onderzoeker heeft een multi-disciplinair kader nodig om per geval te kijken of het economische, het sociale motief of het psychische motief een doorslaggevende rol speelt. Reduceren, zonder dat de onderzoeker weet waarvan, is dogmatisme. Zelfs een markt voor meloenen is institutioneel ingekaderd. Het effect van een prijsverlaging op de verkopers kan sociale en psychische gevolgen hebben. Als dat kleine landloze boeren zijn, die door de prijsverlaging geen bestaansminimum meer hebben, is een monodisciplinaire benadering onvoldoende.
- Realiteit kun je niet met wiskunde en logica vatten. Reactie: ik zeg dat je de realiteit niet alleen met de twee genoemde disciplines kunt vatten. Vooral econometristen laten zich alleen nog door deze twee vakken disciplineren. Dat is niet aanvaardbaar. Er is een gedragstheorie nodig, die aangeeft onder welke voorwaarden ( de zogenaamde restricties) de theorie geldt.
- De afschaffing van de dividendbelasting wordt door veel economen juist afgewezen als een instrument dat leidt tot optimale belastingheffing. Reactie: ik stel duidelijk dat economen geen analyse-instrument hebben, die leiden tot een morele afkeuring. In de sociologie zijn analyses, die met de economische geintegreerd kunnen worden, zodat moraliteit wel een positieve rol gaat spelen.
- Tal van opmerkingen over het milieu onderschrijf ik. Het is belangrijk te begrijpen dat de milieuproblematiek op zichzelf binnen het neoklassieke paradigma kan worden behandeld; het gaat immers over de relatie tussen mens en natuur. Maar ook hier moeten we weer zien, dat belangrijke beperkingen zijn, waardoor er te weinig oog is voor de economische relevantie van het vraagstuk; deze betreffen ook de mentaliteit en de moraliteit van mensen. In mijn boeken analyseer ik dat uitgebreid. In de onderwijsprogramma’s komt dit niet voor.
Een heel belangrijk punt, dat is weggevallen uit het interview betreft de neiging van mensen tot groepssolidariteit en daarmee samenhangende groepsrivaliteit. Daardoor kon mijn criticus daar helaas niet op reageren.
Aan de inhoud van het tegenartikel kan ik aflezen, dat hij mijn boeken niet heeft gelezen. Daar dit boek de context geeft, waarbinnen mijn stellingen zijn geformuleerd, kan hij de betekenis ervan niet kennen.
Voor studenten is het buitengewoon belangrijk om geconfronteerd te worden met een reeks van alternatieve perspectieven. Concurrentie is belangrijk – als ze ergens in de wereld een baan krijgen worden ze ook met een diversiteit aan analyses geconfronteerd.
Wat nu dreigt, is dat het neoklassieke denken steeds meer gebieden in de wereld veroverd. Echte kolonisatie – doodeng!
Het boek dat gerecenseerd zou worden is:
“Hoe de crisis het economische denken verandert; linkse en rechtse dogma’s ontrafeld, Amsterdam University Press (2017).
Het boek is een eenvoudige, kleinere versie van het boek dat Oxford University Press heeft uitgegeven [geschikt voor economie-studenten en alle geinteresseerden in het economie-debat]
Piet Keizer (2015), Multidisciplinary Economics, A Methodological Account. [geschikt voor gedragswetenschappers, die al een basis hebben.
Piet Keizer – Utrecht – 03-09-2018