Liberale hervormingen in crisistijd
Inleiding
Leidende economen en politici worden beheerst door de idee dat een vrije-markteconomie een stabiel systeem is. Een recessie zal dan ook ‘automatisch’ verdwijnen, indien overheden de economische structuur liberaliseren. Dit zal de concurrentiekracht van de economie verbeteren; economische groei zal daarvan het gevolg zijn.
Echter, de euro zone wordt al bijna 7 jaar gekenmerkt door een depressie, niet door een recessie. Ondanks tal van hervormingen in tal van eurolanden, is de crisis nog altijd fors.Hoe komt dat?
Liberale hervormingen verergeren de crisis
Het vrije-marktsysteem blijkt niet stabiel te zijn, indien consumenten en investeerders sombere verwachtingen hebben met betrekking tot de toekomstige economische groei. Zelfs verhogingen van het besteedbare inkomen leiden dan niet tot een verhoging van de bestedingen, maar worden gebruikt om te sparen en schulden af te lossen. Het inzicht dat de doorgevoerde bezuinigingen de crisis hebben verergerd, dringt inmiddels door tot de media-economen, maar nog niet tot de politieke elite. Het inzicht dat liberale hervormingen de crisis niet oplossen, maar verergeren, is echter nog nergens doorgedrongen.
De heersende opvatting is dat de crisis het verzet van de burgers tegen noodzakelijke hervormingen verzwakt. Door de aanhoudende crisis zien ze eindelijk in dat er iets moet gebeuren. “Never waste a good crisis” heet dit in liberale kring. De verwachting dat de crisis verdwijnt, indien belangrijke liberale hervormingen zijn doorgevoerd, is echter een illusie. Dit kan worden geillustreerd aan de hand van een aantal hervormingsmaatregelen die de Nederlandse overheid heeft genomen. Hierbij moet steeds beseft worden dat de Nederlandse economie sterke banden heeft met andere eurozone-landen, en dat hun bezuiningspolitiek ook de ontwikkeling van de wereldeconomie nog steeds negatief beinvloedt.
Nederlands hervormingsbeleid
Om de ouderen langer aan het werk te houden is de pensioengerechtigde leeftijd verhoogd. Er werd hierbij verondersteld dat de ouderen daardoor geprikkeld zouden worden om werk te zoeken. De veronderstelling daarbij is dat ieder aanbod zijn eigen vraag schept. Dit is echter alleen realistisch, indien de eurozone zich in de buurt van evenwicht zou bevinden. Zolang de Europese overheden weigeren de effectieve vraag te stimuleren, zal het prikkelen van individuele werkzoekers een negatief effect hebben: lagere inkomens leiden tot minder bestedingen.
Een tweede voorbeeld heeft betrekking op de wet “Flexibilisering en sociale zekerheid”. Mits ingevoerd in een tijd van evenwichtige economische groei, kan de wet positieve effecten hebben op de werkgelegenheid en een billijker verdeling van het werk over de verschillende groepenbewerkstellingen. Nu heeft het negatieve gevolgen, vooral door een verschuiving van vast naar flexibel werk. Zolang de arbeidsmarkt een fors aanbodoverschot vertoont, zijn werkgevers oppermachtig. Ze willen in tijden van depressie graag van hun vaste krachten af, en vervangen ze door flex-werkers. Arbeid wordt goedkoper en werknemers gedisciplineerder, maar het leidt niet tot meer werkgelegenheid. Centrale werkgeversorganisaties zouden beter moeten weten: een daling van de lonen en uitkeringen heeft een negatief effect op het niveau van produktie en werkgelegenheid.
Een derde voorbeeld betreft een liberalisering van de huizenmarkt, die terecht niet is doorgevoerd. Het gaat in dit geval om de afschaffing van de hypotheekrente-aftrek.Hoe rechtvaardig de afschaffing van deze aftrek ook mag zijn, de crisis is geen goede periode om dat door te voeren. Het vergroot de onzekerheid op de markt, en dat komt het herstel niet ten goede. Het is opvallend dat de VVD zich wel tegen deze liberalisering keerde
Conclusie
De liberaal-georienteerde neoklassieke visie domineert het denken van de leidende economen en politici in de eurozone. In deze benadering wordt aangenomen dat onevenwichtigheden dermate klein zijn, dat er in geval van vrije markten het evenwicht automatisch wordt hersteld. Nu de onevenwichtigheden groot en langdurig zijn – met alle gevolgen vandien voor de ‘animal spirits’ van de potentiële besteders – heeft de neoklassiek geinspireerde politiek een averechts effect. Het dossier Griekenland is op dit moment het meest sprekende voorbeeld. Een oorzaak voor het feit dat de elite dat niet ziet, is gelegen in het bijna-monopolie van het neoklassieke evenwichtsdenken aan de universiteiten in het Westen. Het neoklassieke wereldbeeld is daar geen theorie meer – het is Waarheid geworden. Een radicale verbetering van de situatie kan worden bewerkstelligd door op de universiteiten concurrentie van ideeën toe te laten. Pluralistische onderwijs- en onderzoeksprogramma’s zijn een eis van kwaliteit.
Piet Keizer, Associate Professor of Economic Methodology, Utrecht University School of economics
08-07-2015